Verenigingswerk: jaargrens inkomstenjaar 2023

Verenigingswerkers kunnen ingezet worden in de sociaalculturele of amateurkunstensector en in de sportsector. 

Op sociaalrechtelijk vlak moeten er geen sociale bijdragen worden betaald, zolang een maximum aantal uren niet wordt overschreden (meer info: zie ledengedeelte op de website).

Ook op fiscaal vlak moeten de plafonds (maximum aantal uren) worden gerespecteerd. De inkomsten uit verenigingswerk zijn niet belastingvrij. De verenigingswerker geniet van een fiscaal gunstig tarief waarbij 10% personenbelasting ( = 20% na een forfaitaire aftrek van 50%) verschuldigd is.

Dit voordelig belastingtarief geldt slechts als het brutobedrag van de inkomsten als verenigingswerker niet hoger is dan 3.830 euro per jaar (te indexeren bedrag).

Na indexaanpassing gaat het voor het inkomstenjaar 2023 om een bedrag van 7.170 euro.

Overschrijdt men dit bedrag, dan zullen de inkomsten uit het verenigingswerk als een beroepsinkomen worden beschouwd en is de belasting veel hoger. Let op, ook de eventuele inkomsten uit de deeleconomie (bvb. koeriersdiensten voor Deliveroo) moeten meegeteld worden. Het fiscaal gunstig tarief geldt dus indien het totaal van de inkomsten uit het verenigingswerk én de deeleconomie samen niet hoger is dan 7.170 euro.